Reiner Reiniers van Steenler g. 1532

Ur pennad tennet eus Rodovid BR, ar c'helc'hgeriadur digor.

Darvoudoù

1532 ganedigezh: Nijkerk, Nederland

1560 eured: Garderen, ♀ Niese Jans van Wenckum [Wenckum] g. 1536 a. a. 12 Here 1581

1561 bugel: Nijkerk, Nederland, ♀ Elbertha Reiners van Steenler [Steenler] g. 1561 a. a. 2 Kerzu 1635

Notennoù

Opstal (alias Cleijn Steenler) in Nautena te Nijkerk. 16-11-1485 Des wonsdages negst sent Mertens dag in den wynter episcopi Henrick Reyners. de jonge, Elbert Reyners., Melis van Luxhoell en Kylle Maess. van Vanevelt verklaren een magescheid gemaakt te hebben tussen Gutte, weduwe van Kylle Kyllenzoon van Vanelvelt, Henrich Kyllenzoon de oude, Henrich Kyllenzoon de jonge en Greten Kyllendochter enerzijds en Claes Kyllenzoon en Gijsbert, zijn vrouw, anderzijds, over de nalatenschap van Kylle vnd., waaronder de goederen de Opstall, Steneler en het Dijckmansland ([GA AKP] reg. 35 A1). 1485 circa Martini: Mortuo Kill van Vanevelt ejusdem filiis feurunt divisionem et senior Claes Killen cum sua uxore Gijsbertgen accepit den Opstall et debt solvere 3tiam partem van de Heerngl. van Steenler, alii nempe Henrick Killen senior en Henrick Killen junior et Grete Killen acceperunt bonum Steenler, Lib. feud. fol. 78 et trans. ant. fol. 70 ([GA AKP] inv. nr. 268a). 1560 Uitgespleten de Opstal bezeten door weduwe Claesken van Reijner Claasz., met haar kinderen. Weduwe zegt dat Opstal geen abtsgoed is, maar tinsgoed en dat daar nog proces over loopt. Zij overlegt stukken over zaak Zeger Claessen aanlegger en de weduwe ter andere zijde ([GA REK] inv. nr. 1560, Hofgericht Putten 1560).

Eus an dud-kozh d'ar vugale-vihan