Dirk van der Lecke g. 1355 a. a. 18 Mezheven 1432 - Taolenn an diskennidi

Ur pennad tennet eus Rodovid BR, ar c'helc'hgeriadur digor.

Den:11907
Jump to: navigation, search
Ezhomm en deus hor servijer eus kalz loazioù evit diskwel gwezennoù bras. Setu perak ne c'hall gwelout an arvererien dizanv nemet 7 remziad diagentidi ha 7 remziad diskennidi en ur wezenn. Ma vennit gwelout ul lignez a-bezh hep enskrivadur, ouzhpennit an testenn ?showfulltree=yes e dibenn chomlec'h URL ar bajenn-mañ. Mar plij, ne lakait e neblec'h all ebet ul liamm eeun ouzh ur wezenn a-bezh.
11/1 <?+?> Dirk van der Lecke [Leck]
ganedigezh: 1355
eured: <1> Gillisje van Cralingen [Cralingen] g. 1365 a. a. 1410
marvidigezh: 18 Mezheven 1432, voor
Deelde op 8 februari 1379 met zijn broeders de bezittingen

van hun overleden vader en verkreeg daarbij de dorpen Castricum en Heemskerk met de hofstad Oud Haarlem. Ook zegelde hij 2 november 1383 de verklaring betreffende de Bredase landsgrens, hij was toen ridder. Op 1 november 1396 vertegenwoordigde hij zijn oudste broeder. Met vele anderen werd hij 12 november 1393 verbannen i.v.m. de moord op Willem Cuser en Aleida van Poelgeest, voor deze ballingen stond de latere graaf Willem VI op 24 oktober 1394 borg bij zijn vader Albrecht van Beijeren. Met 5 volgers werd hij op 3 mei 1398 opgeroepen voor de Friese expeditie en 3 jaar later moest hij met zijn broeder Hendrik de oude graaf naar Stavoren vergezellen. Met 2 van zijn broers beloofde hij 22 maart 1404 graaf Engelbert van Nassau bijstand te verlenen,

toen deze Breda door huwelijk had verworven. Heer van der Leck

2

21/2 <1+1> Machteld van der Leck [Leck]
ganedigezh: 1390
eured: <2> Arend van Gendt [Gendt] g. 1390 a. a. 14 Mae 1455
marvidigezh: 1430
niet genoemd bij ES NF Band VIII Tafel 42
32/2 <1+1> Jan van der Lecke [Leck]
ganedigezh: 1390
eured: <3> Johanna van Egmond [Egmond] g. 1410 a. a. 15 Ebrel 1450, voor
marvidigezh: 10 Gouere 1472, voor
douaridigezh: Rotterdam
Heer van Castricum, Kronenburg en Oud-Haarlem. Wred 1431 beleend met Kralingen en Honingen.

3

51/3 <3+3> Gillisje van der Leck van Polanen [Leck]
ganedigezh: 1435
eured: <4> Johan van Naeltwijck Adriaensz. [Naaldwijk] a. a. 1492
eured: <5> Floris van Kyfhoeck [Kyfhoeck] g. 1430 a. a. 1470
eured: <6> Philips van Spangen [Spangen] g. 1440 a. a. 1507
marvidigezh: 18 Genver 1502, na
42/3 <3+3> Adriaen van der Lecke [Leck]
eured: <7> Nn [?]
marvidigezh: 3 Ebrel 1482
Heer van Castricum en Oud-Haarlem enz. werd 15 april 1450

beleend met Doortoghe (als erfgenaam van zijn moeder) en op 10 juli 1472 met 'de goederen en renten van Castricum, het huis van Haarlem, gelegen te Heemskerk, met land, molen en erf en de gerechten van Heemskerk en Castricum' en op 11 juni 1473 met Op den Hem (als erfgenaam van zijn vader).

Overleden voor 3 april 1482.

4

71/4 <4+7> Johanna van der Leck [Leck]
aotre da eurediñ: <8> Gerrit Albout [Albout] a. a. 1517, (huw. voorw.)
marvidigezh: Gouere 1505, vóór

126. Een huis met 20 morgen land in de ban van Nyendorp en 10 rijnse gulden per jaar uit de goederen van Adriaen van der Leek, gelegen binnen het baljuwschap van Schieland. 9-6-1478: Janne, natuurlijke dochter van Adriaen van der Leek, heer van Heemskerck, van Castricum en van Cralingen, bii opdracht van haar vader, de acte is mede bezegeld door Gerrit Gillisz., schout van Cralinge. (11-6-1478: Johan, jonge heer tot Egmondt, bevestigt deze schenking door zijn neef Adriaen van der Leek, die de 20 morgen van hem in leen houdt.) -7-1505: Joost-, Adriaen, Aelbrecht- en Janne. Albout elk met 5/4 deel, bij dode van hun moeder Janne, natuurlijke dochter van der Leek, gehuwd met Geerijt Albout. (De huwelijkse voorwaarden bezegeld door Adriaen van der Leek, Jonge Jan van Assendelft, Geriit- en Aelbert Symonsz.)

25-2-1508: Joost- en Aelbrecht Albout, elk met de helft.
62/4 <4+7> Theodora van der Leck [Leck]
eured: <9> Gijsbert van Zoelen [Zoelen] a. a. 4 Mezheven 1532
marvidigezh: 29 Gouere 1529, Rotterdam

5

101/5 <6+9> Adriaen van Zoelen [Zoelen]
eured: <10> Lijsbeth Pietersdr. [Pietersdr.]
marvidigezh: 22 Meurzh 1542

HET OUDSTE BEWAARD GEBLEVEN GIFTEBOEK VAN ROTTERDAM: Gemeentearchief Rotterdam. Archief van Schepenen nr. 481, anno 1538-1546

18.9.1540 (124) Marritgen Heynrick Pieterszs weduwe met hgv hand gga Doe Arentsz. hee genaamd den Engel, in het Oostvierendeel buitendijks, Arien Verleck OZ en mr. Gosen die barbier WZ. Van de ‘/2 straat tot achter in de haven. Bezwaard met 6 Kgld. 15 st. losrente en met belastinge van de dijk. Waarborg een pandbrief.
82/5 <6+9> Johan van Zoelen [Zoelen]
eured: <11> Ignatia van der Horst [Horst] a. a. 9 Genver 1553
marvidigezh: 1 Mezheven 1553

Jan van Zoelen 1531 (fol. 257,260) voor het eerst vermeld, maar te oordelen naar het handschrift in het register was hij reeds in 1530 [fol. 2531 als klerk werkzaam. Na de regelmatige hand in kanselarijstijl van Willem Jansz. komen de onbeheerste halen van de landionker in een sterk afwiikende spelling, die niet op grote geletterdheid wijst. De fonetische trekies in de schrijfwijze duiden op door de neus praten: baerden voor paerden, werwallen voor vervallen, wranck voor vranck, en dergelijke. Letterblindheid was hem ook niet vreemd, gezien het grote aantal metathxeses: Drick voor Dirck, herbrech voor herberg, erest voor eerste, enz. Alhoewel de schrijfwijze van w voor uu ook vroeger voorkomt, moet men bii van Zoelen wennen aan twegen voor getuigen, twessent voor tussen en dan de klinkerweglatingen en dito toevoegingen, zoals heft voor heeft, heet voor het, nel voor neel, mes voor mees, Helengeestmesters voor Heilige Geestmeesters. Ghe aechkoert deert is geaccordeerd, tues is de afkolrting van ‘t vonnis. ,,Dat saek” is de fonetische weergave van ,,Dat zal ik”! Deze Jan van Zoelen, zoon van de toen nog levende Hoge Heemraad Ghiisbrecht van Zoelen en Adriana, natuurlijke dochter van Adriaen van der Lecke, bracht het evenwel zelf tot Hoge Heemraad van Schieland, tot Schepen, Vroedschap en Burgemeester van Rotterdam. Hii wordt voorts als klerk vermeld in 1535 (fol. 292 en 2941, 1536 (fol. 302v. en 305v.1, 1537 (fol. 308). In 1538, wordt hii Hoge

Heemraad van Schieland.
93/5 <6+9> Gerrit van Zoelen [Zoelen]
eured: <12> Alida van Spieringshoek [Spieringshoek] a. a. 21 Du 1558
marvidigezh: 20 Du 1555
114/5 <7+8> Adriaen Albout [Albout]
125/5 <7+8> Aelbrecht Albout [Albout]
136/5 <7+8> Janne Albout [Albout]
147/5 <7+8> Joost Albout [Albout]

6

151/6 <10+10> Dirckje van Zoelen van der Lecke [Zoelen]
eured: <13> Jan Pietersz. Kievit [Kievit] a. a. 6 Eost 1580
douaridigezh: 1 Mezheven 1584, Rotterdam
25 lb. op het huis en erf van Henrick Danielsz. van Neck en zijn moeder Dirckie Adriaen van der Leckendochter op de Hoochstraat, constatutiobrief d.d. 13-7-1580

7

171/7 <15+13> Anna Kieviet [Kieviet]
ganedigezh: 25 Genver 1548, Rotterdam
eured: <14> Christiaan Prins [Prins] g. 1558 a. a. 31 Eost 1615, Rotterdam
marvidigezh: 15 Gwengolo 1621, Rotterdam
162/7 <15+13> Daniel Jansz. Kievit [Kievit]
aotre da eurediñ: <15> Maria van Zoelen [Zoelen] dou. 28 Mezheven 1606, Rotterdam
eured: <15!> Maria van Zoelen [Zoelen] dou. 28 Mezheven 1606, Rotterdam
eured: <16> Aefje Ockersdr. Pesser [Pesser] , Rotterdam

8

181/8 <17+14> Pieter Prins [Prins]
ganedigezh: 12 C'hwevrer 1583, Rotterdam
aotre da eurediñ: <17> Elizabeth Eewouts van Bijlwerff [Bijlwerff] g. 1590 a. a. 26 Meurzh 1656, Rotterdam
eured: <17!> Elizabeth Eewouts van Bijlwerff [Bijlwerff] g. 1590 a. a. 26 Meurzh 1656, Rotterdam
douaridigezh: 4 Kerzu 1650, Rotterdam

Werd mei 1616 Heilige Geestmeester te Rotterdam, van mei 1637 tot mei 1639 schepen, van mei 1639 tot mei 1641 vredemaker, mei 1650

kerkmeester
192/8 <17+14> Maria Prins [Prins]
ganedigezh: 9 Eost 1587, Rotterdam
eured: <18> Mr. Gijsbert van Beresteyn [Beresteijn] g. 9 Mae 1576 a. a. 30 Here 1641, Rotterdam
marvidigezh: 14 Gwengolo 1667, Delft
douaridigezh: 20 Gwengolo 1667, Delft
Views
Ostilhoù personel
Enklask araokaet