Lodewijck van Giessen g. ~ 1380 a. a. >15 Genver 1414 - Taolenn an diskennidi
Ur pennad tennet eus Rodovid BR, ar c'helc'hgeriadur digor.
eured: <1> ♀ Yde Loukin Floris [?] g. ~ 1380 a. a. > 1414
marvidigezh: >15 Genver 1414
2
21/2 <1+1> ♂ Aernt Lodewijcks van Giessen [Giessen]3
51/3 <3> ♀ Nn [Giessen]eured: <2> ♀ Soetke Wijt Willems [?] g. ~ 1440 a. a. <1 Du 1502
marvidigezh: 16 Meurzh 1487 ≤ ? ≤ 1 Du 1502
Andere kinderen:
- Aernt, > 1450
- Claeris, > 1450
- Hendrick, > 1450 - < 1562
- Janneke, > 1450
- Wouter, > 1450
- Wijt > 1450
- Ariaentje, ca. 1460
4
61/4 <5+?> ♂ Gerrit Roelofs Cranendonck [Cranendonck]Andere kinderen:
- Cornelis, ca. 1460
- Jan, ca. 1465 - < 1527, Dordrecht
- 1453 de waarsman van de polder Oud-Reijerwaard betaalde een vergoeding aan Roel Cranendonck en Gerrit Roelofsz., die respectievelijk 7 en 2 dagen in de molen gewerkt hadden. Het is aantrekkelijk om in deze twee personen vader en zoon Cranendonck te zien, vooral omdat zij in de rekening direct na elkaar genoemd werden.
- Ca. 1460 een van de "ghemeenen bueren" van Ridderkerk, die 1/3 deel van het benodigde geld voor de aanbesteding van nieuwe kerk inlegden. Hieruit blijkt wel, dat Gerrit Roelofsz. op dat moment reeds tot de kapitaalkrachtige inwoners van Ridderkerk behoorde, terwijl zijn vader Roel Cranendonck, die ook op de lijst voorkomt, nog in leven was. De verklaring voor dit "eigen vermogen" van Gerrit Roelofsz. zou gezocht kunnen worden in een erfenis van moederszijde. Opmerkelijk is in dat verband, dat het land dat Gerrit Roelofsz. in (Nieuw-?) Reijerwaard via zijn vader Roel Cranendonck in eigendom kreeg, geheel afkomstig was van Claes Loijnck (van der Ghiessen).
- 1464 ontving geld van de polder Oud-Reijerwaard, omdat "hij die kae bij die wacht hoel stopte" en in 1469 kregen hij en enkele anderen (onder wie Jacop Roelofsz. en Neel Roelen) elk 2 stuiver omdat zij het hout van de as door de sluis bij de molen hadden gebracht en 3 stuivers vanwege verteringen.
- 1497 heemraad
- wordt in het register van dijkkavelingen in Reijerwaard "domis" (heer) genoemd.
- Van 1484 tot 1511 genoemd als landeigenaar in de polder Oud- Reijerwaard, vermoedelijk als opvolger in landerijen van zijn vader Roelof Jansz. Cranendonck. In 1497 bezat hij daar samen met zijn broer Jacob Roelofsz. ruim 8 morgen land in het weer naast "het Gat van den Dijck 9 mergen min 65 roe". Dit belendende weer werd in de cohieren van de 10e penning uit 1557 en 1561 nog steeds met die naam aangeduid, waarbij zeer opmerkelijk is, dat in het aangrenzende weer de erfgenamen van Cornelis Gerritsz. (Cranendonck) uit Hendrik Ido Ambacht de eigenaren waren! Hoewel hiermee nog niet bewezen is, dat Cornelis Gerritsz. een zoon van Gerrit Roelofsz. was, wordt deze mogelijkheid wel zeer aannemelijk, vooral omdat hij vermoedelijk een dochter Beatrijs had (gehuwd met Pauwels Adriaensz.), die in dat geval vernoemd zou zijn naar haar grootmoeder Beatrijs, de vrouw van Gerrit Roelofsz.! Jaarlijks kwam in de polderrekeningen van Oud-Reijerwaard een post voor, waarbij Gerrit Roelofsz. een vergoeding kreeg vanwege een op zijn land gelegen kade, waartegen men bemaalde. Uit latere rekeningen blijkt dat deze kade gelegen was tegen de "opvliet" bij de watermolen achter Gerrit Roelofsz. Behalve Gerrit Roelofsz. ontving overigens ook steeds een andere persoon een gelijke vergoeding voor de andere helft van de kade, blijkbaar omdat het belendende stuk land van twee verschillende eigenaren was.
- In de polderrekening over het jaar 1514 werd de vergoeding voor de gehele kade (dus niet meer gesplitst in twee helften) uitgekeerd aan Gerrit Roelen weduwe met enkele anderen: Gerrit Gerritsz., Jan Soet en Jan Gerritsz. Deze laatste personen ontvingen de vergoe- ding in de periode 1515-1529, zonder dat daarbij de weduwe van Gerrit Roelofsz. nog werd vermeld. Opmerkelijk is, dat Ariaen Cleysdochter, die in 1545 eenmaal als de weduwe van Gerrit Roelofsz. werd aangeduid, vanaf 1530 tot in 1556 deze jaarlijkse vergoeding van het gemeneland ontving wegens "die kae tegen den op- vlyet" in Oud-Reijerwaard! Toch lijkt aannemelijk dat Gerrit Roelofsz. slechts eenmaal getrouwd is geweest: in 1545 en 1550-1568 is sprake van de memorie van "Gherit Roeloffsz. ende Beatris sijn wijff". Uit de rekeningen van de kerkmeesters van Ridderkerk blijkt, dat voor de memorie van Gerrit Roelofsz. op dinsdag een mis gezongen moest worden door de pastoor en dat deze of de koster een mis moest zingen bij het koor en het graf.
marvidigezh: > 1522
5
81/5 <6+3> ♂ Gerrit Gerrits Cranendonck [Cranendonck]eured: <4> ♀ Adriana Cleijs [?] g. ~ 1485 a. a. 1557?
marvidigezh: < 1530, Ridderkerk
Andere kinderen:
- Gerrit, ca. 1510, Ridderkerk - ca. 1557, Sint Anthoniepolder
marvidigezh: >25 Mezheven 1543
- Gerrit, ca. 1500
- Herper, ca. 1500
- Huijg, ca. 1500
- Joost, ca. 1500 - < 1557, Oost IJsselmonde
marvidigezh: 1556?, Sandelingen Ambacht
- Adriaan, ca. 1528
Eerste huwelijk met Mariken Lambrechts Willemsdr. Uit dit huwelijk:
- Gerrit, ca. 1510
marvidigezh: > 1562
6
131/6 <9> ♂ Pieter Willems Cranendonck [Cranendonck]marvidigezh: >2 Mezheven 1557, Oost-IJsselmonde
Andere kinderen:
- Willem, ca. 1535, Oost IJsselmonde - < 8 augustus 1598, IJsselmonde
Tweede huwelijk met een onbekende vrouw. Kinderen uit dit huwelijk:
- Cornelis, ca. 1545, IJsselmonde - 1602/1603, IJsselmonde
- Huijg, ca. 1545, Oost IJsselmonde - 28 augustus 1615, IJsselmonde
Zij hertrouwde met Bouwen Adriaensz.
Een mogelijke aanwijzing voor de herkomst van Pieter Willemsz. is to vinden in het kohier van de l0e penning van (Oost-) Barendrecht uit 1542: Pieter Willem Gerritsz. gebruikte toen 2 1/2 morgen eigen land 34. Het lijkt waarschijnlijk, dat deze in Barendrecht genoemde Pieter Willem Gerritsz. en de stamvader van het geslacht Cranendonck in IJsselmonde een en dezelfde zijn: in 1543 verkocht Pieter Willemsz. land in Oost-IJsselmonde, waarbij een zekere Willem Gerritsz. borg voor hem was. Overigens moet hij niet worden verward met Pieter Willemsz. (Winter), geboren ca. 1514, die in 1539 genoemd wordt als heemraad van de polder Charlois en in 1543 als gebruiker van land in de polder Dirk Smeetsland onder Charlois. Uit de kohieren van de l0e penning van IJsselmonde blijkt, dat Pieter Willemsz. rond 1555 to IJsselmonde land gebruikte in het Oostambacht en in de polder 68 Morgen onder West-IJsselmonde. In de kohieren van Oost- en West-IJsselmonde van respectievelijk 1557 en 1558 waarn deze landerijen in gebruik bij zijn weduwe, helaas zonder dat hierbij haar naam werd genoemd. Het huis dat zij bewoonde onder Oost-IJsselmonde was (vanuit het westeinde komend) het derde huis van het dorp en behoorde met een aanslag van 3 pond tot de tien hoogst getaxeerde. Uit het kohier van 1562 blijkt, dat de weduwe van Pieter Willemsz. bruikster was van drie van de vier percelen land onder IJsselmonde waarin Pieter Willemsz. in 1555 vermeld werd, terwijl het vierde stuk (4 morgen, eigendom van Mr. Huijg van Eijnden to Delft) gebruikt werd door zoon Pieter Pietersz. (Cranendonck). In 1555 gebruikten de twee oudste zoons Gerrit en Pieter Pietersz. land en een huis met boomgaard onder West-IJsselmonde, maar werden zij nog niet vermeld als eigenaars of gebruikers onder Oost-IJsselmonde. Vermoedelijk heeft na het overlijden van Pieter Willemsz. een boedelscheiding plaatsgevonden, waarbij de weduwe het beheer kreeg over de erfenis van de jongste kinderen, terwijl de twee oudste zoons Gerrit en Pieter hun erfdeel reeds ontvingen. De weduwe hertrouwde na 1562 met een zekere Bouwen Adriaensz, die vanaf 1573 vermeld werd als gebruiker van de bovengenoemde percelen land in het Oudeland van IJsselmonde.
Wapen: 2 rode hoorns op goud + 2 zalmen in vrijkwartier.eured: <5> ♀ Mariken Wouters [?] g. ~ 1510 a. a. > 1579
marvidigezh: > 1580, Ridderkerk
eured: <6> ♂ Pauwel Adriaens [Cranendonck] g. 1517? a. a. 1567 ≤ ? ≤ 1574
marvidigezh: 1574 ≤ ? ≤ 1577
eured: <7> ♀ Niesken Cornelis van Driel [Driel] g. ~ 1540 a. a. 23 Ebrel 1623
marvidigezh: 1584 ≤ ? ≤ 1587, Hendrik Ido Ambacht
7
171/7 <13> ♂ Pieter Pieters Cranendonck [Cranendonck]eured: <8> ♀ Adriaentge Gerrits [?] g. ~ 1530 a. a. 1609
marvidigezh: 1600, IJsselmonde
marvidigezh: < 1581, Ridderkerk
- Claes, ca. 1557, Ridderkerk - ca. 1627, Ridderkerk
- Dirk, ca. 1562, Ridderkerk
- Jan, ca. 1563, Ridderkerk
- Daniel, ca. 1568, Ridderkerk - < 25 mei 1648
eured: <9> ♂ Johan Jans in ’t Veld [Veld] g. ~ 1540 a. a. 2 Kerzu 1612
marvidigezh: 1580?, IJsselmonde
- Jan, ca. 1565, Oost-IJsselmonde
marvidigezh: 30 Ebrel 1575 ≤ ? ≤ 5 Eost 1575, West-IJsselmonde
eured: <10> ♂ Jan Damen van der Linden [Linden] g. ~ 1545 a. a. <4 Ebrel 1593
marvidigezh: >4 Ebrel 1598
eured: <19!> ♀ Ariaantje Cornelis van der Giessen [Giessen] g. ~ 1575 a. a. <26 Ebrel 1627, Hendrik Ido Ambacht
douaridigezh: 29 Gwengolo 1646, Ridderkerk, in de kerk
- Roockgen, 12 december 1607, Ridderkerk
- Jenneken, 30 november 1609, Ridderkerk
Eerste huwelijk (9 Nov 1597, Ridderkerk) met Roockghen Goossen Schilperoort, dochter van Goossen Adriaensz Schilperoort en weduwe van Gerrit Cranendonck.
Zijn ouders waren al voor 1577 overleden, daardoor had hij op jonge leeftijd al landerijen in bezit. De percelen land, die tijdens zijn minder- jarigheid reeds op zijn naam stonden, waren de twee gorzen tegen het Oudeland en het land in de "Diercoop" in Nieuw-Reijerwaard. Mede daardoor was hij al op 25-jarige leeftijd heemraad van Ridderkerk en bleef dat 35 jaar tot 1628. Zijn groeiende welstand blijkt uit de belastingkohieren van 1627, hij was toen voor f.13.000,- gegoed en bezat meer dan 30 morgen land.
Betrok in 1597 de Paradijshoeve in Ridderkerk (huidig adres van Oostmolendijk 82) vermoedelijk de ouderlijke woning van zijn eerste vrouw. Zijn verkocht haar boerderij in Poortugaal maar het echtpaar behield haar land in Ridderkerk. Kocht in 1599 meer gorzen bij Oud-Reijerwaard. In 1627 koopt hij het land van zijn stiefkinderen in Ridderkerk. In 1638 bezit hij vijf haardsteden en een vermogen van 8000 pond. Zijn beide getrouwde dochters hebben dan een eigen vermogen van 5000 en 8000 pond. In 1639 verkoopt hij zijn boerderij aan zijn schoonzoon Jacob Gerrits voor 9250 pond. Na zijn overlijden bezat hij meer dan fl.10000 in geld en waardepapieren.
Hij was waarsman van Oud-Reijerwaard, dijkgraaf van Oud- en Nieuw-Reijerwaard 1611-1628. Heemraad en schepen van Ridderkerk. 1625/1626 plaatsvervangend schout van Ridderkerk.
De moeder van Adriaen was een Cranendock. Hij zegelde met het wapen van Cranendonck en de meer prestigieuze naam Cranendonck werd door zijn nageslacht overgenomen.eured: <18!> ♂ Adriaen Pauwels ? (den Ouden Dijckgraeff) [Cranendonck] g. 1565? dou. 29 Gwengolo 1646, Hendrik Ido Ambacht
marvidigezh: <26 Ebrel 1627, Ridderkerk
- Roockgen, 12 december 1607, Ridderkerk
- Jenneken, 30 november 1609, Ridderkerk
8
261/8 <17+8> ♂ Anthonis Pieters Cranendonck [Cranendonck]eured: <11> ♀ Soetje Simons [?] g. ~ 1571 a. a. >24 Here 1610, Ridderkerk
marvidigezh: >29 Gouere 1641, West-IJsselmonde
aotre da eurediñ: <12> ♀ Marijken Cornelis [?] g. 1571? a. a. C'hwevrer 1651, Ridderkerk
eured: <12!> ♀ Marijken Cornelis [?] g. 1571? a. a. C'hwevrer 1651, Rijsoord
marvidigezh: 1 C'hwevrer 1635, Rijsoord
- Maertge
- Grietken, 13 november 1594, Rijsoord
- Heijltjen, 20 april 1597, Rijsoord - < mei 1641, Rijsoord
- Arien, 23 januari 1600, Rijsoord
- Fop, 23 januari 1600, Rijsoord - > 14 mei 1666
- Maritge, 16 januari 1605, Rijsoord - < 5 juni 1658
- Barbertie, 10 juni 1607, Rijsoord
Schout van Rijsoord, eigenaar van de brug bij Rijsoord 1617, leenman van Wassenaar 1613. Lenert en Marijke doen op 19 december 1634 belijdenis.
De brug van Rijsoord werd in 1543 over de Waal geslagen, bewesten de Rijsoordse kerk, ter vervanging van het oude schuitveer dat hier sedert 1332 dienst deed. Voor herstelling van de brug gaf Prins Willem van Oranje op 4 december 1582 toestemming de kosten hiervoor te mogen verhalen uit een omslag over alle morgens (1 morgen = 93 A 94 ca.) der Zwijndrechtse Waard, mits de ingelanden dan voortaan vrijgesteld zouden zijn van bruggegeld. In 1615 werd zij (de brug van Rijsoord) “door ouderdom en tlanck gebruyck vergaen ende ontramponeerd bevonden”. Lenaert wilde op zijn kosten de brug wel herstellen als hij alle rechten erbij over kon nemen. Men ging akkoord maar na herstel ging hij ook van de Waardbewoners bruggegeld eisen. Er ontstond een proces, dat in april 1617 eindigde in een arbitrale uitspraak: voor immer zouden allen, vallende onder de schouw van Zwijndrecht, vrijgesteld zijn van bruggegeld, mits éénmaal betalende een som van 3 stuivers voor iedere morgen die de Waard telde.eured: <13> ♀ Aaltje Cornelisdr Romeyn [Romeyn] , Ridderkerk
eured: <14> ♀ Jorisje Pieters [?] g. 26 Genver 1586 a. a. 15 Here 1650, Barendrecht
marvidigezh: 1634 ≤ ? ≤ 1648
marvidigezh: <29 Kerzu 1613, West-IJsselmonde
- Jan, ca. 1596, < 1644
- Leendert, ca. 1599, Barendrecht - < 1657
- Robbrecht, ca. 1604, Barendrecht - > 1654, Poortugaal
- Pieter (tweede met die naam), ca. 1606, Barendrecht? - ca. 1666
marvidigezh: >20 Gwengolo 1618
Andere kinderen:
- Gerrit
- Lijntgen
- Jochem
- Grietje
Tweede huwelijk (10 april 1611, Ridderkerk) met Hilletje Teunisdr. Kinderen uit dit huwelijk:
- Arij
- Annijge
- Maeijcken
eured: <15> ♀ Marijtgen Gijsbrecht Pieters Meeuwenhil [Meeuwenhil] g. ~ 1585 a. a. > 1658, Mijnsheerenland
marvidigezh: 1640?
eured: <16> ♀ Heijlken Jacobsdr Besemer [Besemer] g. ~ 1600 a. a. 1650 ≤ ? ≤ 1659, Hendrik Ido Ambacht
marvidigezh: 8 Genver 1686, Hendrik Ido Ambacht
eured: <17> ♀ Teuntjen Emonds van Jonkholt [Jonkholt] c. 13 Gouere 1603 a. a. <20 Du 1634, Ridderkerk
marvidigezh: 13 Gouere 1663 ≤ ? ≤ 19 Kerzu 1665
Waard van het "Wapen van Rome" in Ridderkerk, gekocht op 14 juni 1636 van Teus Meuss.
Met Palus Aryensen Romeyn (=Kraenendonck), Cornelis Aertsen Leeuwenburch en Jacob Aryensen Nuchteren, allen wonende te Ridderkerk, verklaarde Huyser bij akte van 21-2-1640 400 Car.gld schuldig te zijn aan de heer Johan Volls, magistraat van Dordrecht, welke bedrag zij beloofden over een jaar terug te betalen. (GA Dordrecht, ona inv.nr.63, fol.32).
Op 22 mei 1647 transporteerde Aryen Quirijnen Huyser de jonge aan Pouwels Aryensden Kraenendonck 3 morgen 68 roeden in het 'Duyffhuys, de 68e hoef in Oud-Reijerwaard.(ARA,ora RK inv.nr.10.fol.141 e.v.). Dezelfde dag werd er ten behoeve van Huyser een schuldbrief opgemaakt ten bedrage van 1421 Car.gld.(ARA,ora RK inv.nr.10,fol.100 e.v.).
kocht in 1652 1 1/2 morgen zaailand in "den Brouwer" in Nieuw-Reijerwaard
Op 16-4-1653 verklaarde Huyser met Jacob Aryensz. Nuchteren, Pouwels Aryensz. Cranendonck en Jacob Leendertsz. Slickerveer, allen wonende onder Ridderkerk, 600 Car.gld. schuldig te zijn aan Neeltie Abrahamsdr.(GA Dordrecht, ona inv. nr.91 fol.121.).
kocht in 1657 een aantal koeien
ONR Ridderkerk, Inventarisnummer 14 R, Aktenummer/Blz. 7/10, Notaris Engelbrecht Cornelisz van der Gijp: Jan Willemsz Romeijn verklaart schuldig te zijn aan Gerrit Ingensz, gaermeester van de verpondinge 72 gulden. Maertge Cornelis, wonende in de Grient alhier, weduwe van Willem Cornelisz Romeijn, geassisteerd door Pouwels Arijensz Cranendoncq,haar voogd, stelt zich borg.
ONR Ridderkerk, Inventarisnummer 14 R, Aktenummer/Blz. 51/94, Notaris Engelbrecht Cornelisz van der Gijp: Pouwels Arijensz Kraenendonck bekent schuldig te zijn aan Philps en Jacob Rentier te Rotterdam, als voogden van de nagelaten weeskinderen van Susanna Dircx, weduwe van Mathijs Huijbrechtsz van Sittert, een bedrag van 800 gulden. Vincent Franssen Danckert - oud heemraad - en Willem Dircxsz, timmerman, zijn borg.
ONR Ridderkerk, Inventarisnummer 14 R, Aktenummer/Blz. 53/97, Notaris Engelbrecht Cornelisz van der Gijp: Pouwels Arijensz Kraenendonck, 41 jaar, verklaart op verzoek van Cleijsgen Pietersdr., weduwe van Cornelis Foppen de jonge, dat hij eergisteren in de avond aanwezig was in het Wapen van Rome (eigenaar hiervan) en daarbij getuige was dat Abraham Joosten, wever, Huijch Cornelisz uitmaakte voor 'jonge schapendief'.
ONR Ridderkerk, Inventarisnummer 14 R, Aktenummer/Blz. 87/157, Notaris Engelbrecht Cornelisz van der Gijp: Willem Dircxsz, timmerman 46 jaar, Arijen Quierijnen Huijser, 36 jr, Dirck Arijensz op 't Dorp, 48 jr, Pleun Querijnen Huijser, 40 jr, Cornelis Cornelisz Kuit 40 jaar, Harmen Lenert Vrancken 60 jaar en Cornelis Willemsz Schansman 34 jaar, verklaren op verzoek van Hermen Celosse, predikant, dat zij ten huize van Pouwels Arijensz Kranendonck zijn geweest en vertellen over de predikant en zijn vrouw, die zich verschillende malen onbehoorlijk zouden hebben gedragen.
Tweede huwelijk (29 mrt 1637, Ridderkerk) met Ariaentje Leendertsdr aen Dijck. Uit dit huwelijk zijn geen kinderen bekend.
Derde huwelijk (10 apr 1639, Ridderkerk) met Grietje Jacobs. Uit dit huwelijk de volgende kinderen:
- Ariaentje, 11 december 1639, Ridderkerk
- Arien, 17 november 1641, Ridderkerk
- Annetien, 24 april 1644, Ridderkerk
- Arijen, 28 oktober 1646, Ridderkerk - 28 november 1708, Ridderkerk
- Neeltjen, 6 mrt 1650, Ridderkerk
- Jacob, 23 juni 1652, Ridderkerk - 8 december 1705, Ridderkerk